Inleiding
Roelof Schraa werd geboren op 20 november 1920 in Zwartsluis.
Eind 1942 moest hij naar Duitsland om daar te gaan werken, dat wou hij niet maar wordt gedwongen. Begin 1943 volgt de eerste ontsnappingspoging, die mislukt en hij wordt gevangen gezet in Oberhausen. Daarna wordt hij ingezet bij opruimingswerkzaam-heden in Keulen. Hier lukt het wel om te ontsnappen en terug te keren naar Zwartsluis, maar omdat hij daar herkend kan worden, kan hij er niet blijven.
In Oldebroek wordt aan de Zuiderzeestraatweg bij de familie Kragt een onderduikplek gevonden. Hier hielp hij op de boerderij met melken, speelde voetbal met vrienden en bracht geregeld melk naar een oom. Onder de hooiberg was een schuilplek.
Zijn sterven
In 1944 hielp Roelof met de verspreiding van “Strijdend Nederland” die in Elburg werd gedrukt.
Op de 10e oktober van dat jaar was er een razzia in Oldebroek. Overwal zochten de Duitsers naar mannen die moesten werken bij de IJssel in Zwolle. In de omgeving van zijn onderduikadres was een controlepost van de SD. Roelof kwam vanuit Elburg en had nog één blaadje van Strijdend Nederland bij zich, verstopt in zijn schoen. Hij werd nog wel gewaarschuwd dat de controle er was maar dacht zich daar wel uit te praatten.
Helaas vond de SD naast het blaadje ook nog een portefeuille met daarin een foto en iets van zijn aanstelling in Duitsland.
Dit alles was voor de SD reden genoeg om hem voor de keus te stellen, of de namen noemen die betrokken waren bij “Strijdend Nederland”, of de dood. Hij weigerde namen te noemen en werd bij de hooiberg van de familie Kragt in het hoofd geschoten.
Buren werden gedwongen om langs het lichaam te lopen als afschrikking.
Postuum is aan Roelof Schraa het insigne en de oorkonde van de BS uitgereikt.
