North American P-51K-5-NT Mustang 44-11627
"Green Eyes"
Het toestel
De North American Aviation P-51 Mustang is een Amerikaanse langeafstandsjager en jachtbommenwerper die onder meer werd gebruikt tijdens de Tweede Wereldoorlog en de Koreaanse oorlog. De Mustang werd in april 1940 ontworpen door een team onder leiding van James H. Kindelberger van North American Aviation (NAA) als antwoord op een eis van de British Purchasing Commission.
Het vervangen van de Allison motor door een Rolls-Royce Merlin resulteerde in het P-51B/C (Mustang Mk.III) model, en transformeerde de prestaties van het vliegtuig op hoogtes boven 4.600 meter, zonder in te boeten aan bereik, waardoor het kon concurreren met de strijders van de Luftwaffe.
De definitieve versie van de Mustang, de P-51D, werd aangedreven door de Packard V-1650-7, een in licentie gebouwde versie van de Merlin 66 met twee snelheden en twee trappen met supercharger en was bewapend met zes .50 kaliber M2 Browning machinegeweren.
De Mustang was 9.83 meter lang en had een spanwijdte van 11.28 meter, de hoogte van het toestel was 4.08 meter. Het leeggewicht was 3.463 kg en het maximale startgewicht was 5.488 kg. Er werden 15.588 Mustangs gebouwd waarvan 1500 van het P-51K-NT type.
De bemanning
De bemanning bestond uit Pilot First Lieutenant Charles Raymond O’Brien Jr., geboren op 16 februari 1923.
Hij was in dienst van de USAAF.
De Mustang 44-11655 vertrok ‘s morgens op 16 februari 1945 van de basis Duxford (Cambridgeshire)
als één van de P-51’s van 78th Fighter Group die steun gingen geven aan de bommenwerpers op de terug-route van uit Berlijn.
Toen ze in de buurt van Hannover vlogen, was het F/O Charles R. O’Brien Jr. die met zijn Mustang 44-11627 “Green Eyes” met zijn vleugels wiegde, om aan te geven dat er iets aan het toestel haperde.
O’Brien maakte uiteindelijk om 14.55 uur, met zijn falende P-51K 44-11627 “Green Eyes”, een geslaagde noodlanding in Wezep. Hij werd, evenals Olsen, gewond gevangen genomen.
O’Brien en Olson, werden op transport gesteld eerst naar het “Luchtmacht Krijgsgevangenen verzamelpunt Holland”, vandaar werden ze overgebracht naar het satelliet-kamp van Dulag Luft Oberursel (Frankfurt) Dulag Luft Welzlar. Bij een vluchtpoging op 26 februari 1945, in Duitsland, werd First Lieutenant Charles Raymond O’Brien Jr. doodgeschoten. Waar hij eerst begraven heeft gelegen is op dit moment niet te achterhalen, hij is als Second Lieutenant Charles Raymond O’Brien Jr. op 17 december 1948 om 14.00 uur herbegraven op Arlington National Cemetery in Arlington, Virginia VS.
De crashlocatie
De locatie (cirkel) waar de Mustang een noodlanding maakte.
Het bord staat op de locatie waar O’Brien Jr. een noodlanding heeft gemaakt, hoek Oude Keizersweg – Puttensteinsveldweg.
Op wat kleine onderdelen na is het vliegtuig door de Duitsers weggehaald. Onder andere zijn van stukjes van het plexiglas van de ruiten ringen gemaakt.
Voor meer informatie zie het boek van Dick Breedijk “Wie herdenken we in en om Oldebroek” bladzijde 328.